dinsdag 27 oktober 2015

Magic Moon



"Noor! Noor! Kom snel, kom kijken, kijk nou!". Ik snel toe en zie mijn mama met haar rollator en grote ogen naar binnen komen om mij naar buiten te lokken. "Kijk nou!". Ik loop naar buiten.

De maan.

In volle glorie. In de stilte van het ogenblik. De tuin van het huis waar ik logeer, de bomen, het bankje, waar ze even een sigaretje rookte en toen het licht zag op de muur er tegenover.  "Ik dacht, wát een licht! Waar komt dat vandaan! En toen was het de Maan! De Maan!".

"Kijk nou Noor, ik moest je écht roepen!" Ik verplaatste het bankje zodat we konden maanbaden. Blijf maar hier mam, ik haal een glas wijn en een dekentje, kunnen we lekker hier zitten. In het volle maanlicht. Ik kom terug met alles.

"Oh wauw Noor, kijk nou eens hoe bijzonder! Zo heb ik de maan nog nooit gezien! Zo, zonder wolken of iets er om heen, alleen de maan!" Ja maar mam, je weet toch nog wel met papa dat je zeilde op de waddenzee, toen heb je dit toch ook wel eens gezien? "ja ... wel, maar nóóit zo!".

Genieten vol op. Samen op het bankje. Een paar uur in de maneschijn. En soms zei ze: "zo bijzonder.. ik vind het zo bijzonder ook om hier nu met jou te zijn" en dan 'Dit kun je toch nooit schilderen', nee mam, dat wordt altijd kitsch. "ja hé, dat is toch niet te schilderen....." om na een tijdje te zeggen: 'Wat, als ik dít nou eens zou schilderen?". De maan, mam? "Ja! Één brok licht!".

"Dan maak ik een gat in het doek en dan is dat de maan, óf de zon! Wat een licht hé, dan schilder ik alles behalve dát. Wát een licht!". En ze verwonderde zich over het licht van de maan en de hemel en de plek waarop wij dat allemaal aanschouwden. Mam, de maan geeft zelf geen licht hé?

"Ja, dat zat ik me nét af te vragen, waar komt dat licht vandaan". Van de zon mam, de maan is .... eigenlijk gewoon een brok steen (schaterlach en stilte) .... die .... beschenen wordt door de zon! "oh! dat jij dat wéét! Nou, dat maakt het nóg bijzonderder". Ja. Nog bijzonderder. De maan die wordt beschenen door de zon. En we zaten er nog een uurtje.

Konden we de verzorghuizen maar inrichten naar de schoonheid der dingen .....